Engelenfiguren
Verf de figuurkegels tot lichaampjes, versier ze met wit haaklint. De koorleider ziet er bijzonder mooi uit met een gehaakte kraag. Knip per figuur ca. 20 cm papierdraad af voor de armen, neem dit dubbel en draai het. Bevestig elk stuk aan de "hals" van de figuur, geef het vorm, kort de armen in indien nodig en lijm houten kralen op de uiteinden.
Maak het haar van borduurgaren door het garen rond twee vingers te wikkelen, het in het midden vast te binden met een ander stuk borduurgaren, de ontstane lussen af te knippen en het "haar" vervolgens ruw in vorm te plukken. Lijm de pruik op elk van de hoofdjes en stijl ze. Schilder nu de gezichten. Als je hier niet zeker over bent, oefen dan eerst de gelaatstrekken op een stuk papier.
Knip miniatuur muziekblaadjes uit het muziekpapier en plak ze op de handen.
Verf de punt van een bamboestok in grijsbruin - op maat gesneden is dat een mooie stok voor de koorleider.
U kunt nu het orgel en de figuren rangschikken tot een klein miniatuurtafereel.
