Zo eenvoudig is het:
Knip een stuk zilverdraad van ongeveer 30 cm lang voor elke bloem. Rijg twee donkerpaarse Rocailles in, dan vier decoratieve kralen en weer twee Rocailles. Buig naar een lus en draai het draadeinde achter de kralen. Rijg hetzelfde aantal kralen opnieuw in, leg ze aan de lus en draai ze ook nog eens om. Voor een compleet paniekwerk een derde boog.
Voor de karakteristieke afstand tussen de pluimen rijgt u een potloodkraal aan, waarna u werkt zoals hierboven beschreven tot de lavendelbloem de gewenste grootte heeft. Voor de bloemstengel Potloodkralen , rijg een willekeurig aantal kralen aan. Kort de draad aan het einde in en buig hem naar het oogje. Om dit te doen, buig de draad over de laatste Parel in een rechte hoek naar de zijkant en rol hem op naar het oog met de ronde neustang.