Rij 2 - 6 = vierkante knoop



Voor mooie knooppatronen kunt u de verspringende vierkante knoop gebruiken.
Rij 7 - 8 = Horizontale ribknopen
Rij 9 - 10 = Diagonale rib knopen
Rij 11 - 13 = Kruisknoop
Laat de linten ten slotte zo lang als u wilt en knip de uiteinden zo nodig bij. Maak een knoop aan het eind van de linten.
Herhaal nu het bovenstaande proces voor het tweede macramé stukje.
Na het knopen van de twee macramé delen, naait u de loper. Pas de lengte aan uw tafel en de breedte van de macraméstukken aan. Meet beide en breng de maten over op uw
katoenen stof. Knip de loper uit met een
naadtoeslag van ca. 1,5 cm rondom. Vouw de randen eerst ca. 0,5 cm om en daarna de resterende 1 cm. Stik rondom de tafelloper door.
Speld beide macramé delen aan de uiteinden van de tafelloper met de beginlussen en naai er overheen.